Onze schoolvisie

  • Werken aan de schooleigen christelijke identiteit.

    De Sancta Maria Basisschool werd opgericht in 1792. De Dochters van Maria bekommerden zich van oudsher over de zorg voor de kinderen uit de omgeving. Onze christelijke inspiratie geeft een bijzondere betekenis aan de kwaliteitszorg in onze school. Het evangelie van Jezus Christus is daarbij het uitgangspunt, de drijvende kracht, de voedingsbodem, de beweegreden. Het biedt tevens het referentiekader waarbinnen we samen met kinderen een antwoord zoeken op zins- en betekenisvragen. De evangelische waarden geven richting aan de manier waarop wij in onze school leerlingen, ouders en alle schoolmedewerkers willen inspireren en respecteren:

    • Respect voor de eigenheid van elke mens;
    • Verantwoordelijkheid voor zijn eigen handelen;
    • Menswaardigheid en zorgzame nabijheid;
    • Vreugde om en vertrouwen in het leven;
    • Vergeving schenken en ontvangen;
    • Hoop in de toekomst.
    Vanuit onze katholieke geloofstraditie leeft in onze school een groot geloof in de kracht van onderwijs en opvoeding. Ons personeel biedt alle leerlingen liefdevol alle kansen zodat ze als unieke persoon in hun talenten kunnen groeien.

    Werken aan een geïntegreerd onderwijsinhoudelijk aanbod

    Het unieke kind, met zijn talenten en beperkingen, is het belangrijkste uitgangspunt bij het zorgvuldig bepalen van de meest doeltreffende pedagogie en didactiek. ‘Wat hebben deze leerlingen nodig?’ is voor ons een cruciale vraag, van waaruit wij vertrekken om de middelen te bepalen waarmee we de competentieontwikkeling van de kinderen stimuleren en coachen doorheen verschillende ontwikkelingsdomeinen( KS) en leergebieden (LS)..

    Om het leren zinvol en boeiend te houden, beogen wij de leerdoelen vanuit betekenisvolle contexten en krachtige leeromgevingen. Dat maakt het leren levensecht. In ons streven naar een samenhangend aanbod, plannen we leergebiedoverschrijdende thema’s, projecten, gevarieerde coöperatieve werkvormen,… Teamoverleg over de horizontale en verticale samenhang bevordert onze professionaliteit wat betreft het doordacht opbouwen van kennisstructuren en vaardigheden. Gespreid over de verschillende jaarklassen begeleiden wij onze leerlingen doorheen de drie gefaseerde beheersingsniveaus van de leerplannen van het Katholiek Onderwijs Vlaanderen:

    • Kennisnemen van iets;
    • Elementair beheersen van een begrip, structuur, techniek, attitude,…;
    • Het geleerde gevarieerd of spontaan gebruiken in levensechte situaties.
    Werken aan een stimulerend opvoedingsklimaat en een doeltreffende didactische aanpak

    Hoewel opvoeding in ieder gezin ànders vorm krijgt, is het in principe een universeel gegeven. Als school profileren wij ons in de opvoeding als belangrijkste partner van de ouders. Onze strategische aanpak richt zich op de positieve bekrachtiging van gewenst gedrag: zo is onze opvoeding gericht op groei in plaats van op falen. Verantwoordelijkheid, veiligheid en respect vormen de kernwaarden waarmee we de kinderen van jongsaf begeleiden in hun socialisatieproces.

    Naast dit stimulerend opvoedingsklimaat garandeert onze school een doeltreffende didactische aanpak, met als centrale punten:

    • een positief en veilig leerklimaat;
    • een werkelijkheidsnabij onderwijs gericht op betekenisvol leren;
    • doelbewuste afwisseling tussen sturende en coachende leerkrachtenstijl;
    • het uitgaan van een gezond leervermogen;
    • een rijke ondersteuning en interactie;
    • samenhangend en systematisch onderwijs.
    Werken aan de ontplooiing van ieder kind, vanuit een brede zorg
    Samen leVen

    In onze school is multi-cultureel en respectvol samenleven een levenswijze. In de lerarenkamer klinkt het: ‘Bij ons wordt ieder kind aanvaard zoals het is, bij ons mag je anders zijn.’

    Als katholieke basisschool zijn wij ervan overtuigd dat God voor ieder kind een toekomst heeft, wat ook de mogelijkheden en beperkingen van het kind zijn. We willen onze leerlingen optillen naar een hoger ontwikkelingsniveau en hen vaardig maken om mee te bouwen aan een betere samenleving. Hiervoor werkt ieder teamlid aan de ontplooiing van elke leerling vanuit de pedagogie van de hoop en het geloof in de groeimogelijkheden van elke leerling.

    Door de dagelijkse bekommernis waarmee wij onze leerlingen omringen, dragen wij uit dat wij onze leerlingen in de eerste plaats als mede-mensen zien en van daaruit hun ontwikkeling en hun leren met grote betrokkenheid begeleiden. Onze leerkrachten hanteren een positieve opvoedingsbenadering via de methode Positive Behavior Support. Het is onze ervaring dat kinderen daardoor met een gezond zelfvertrouwen kunnen groeien naar ontplooiing.

    Kinderen moeten het gevoel hebben dat ze gewaardeerd worden door anderen, dat anderen met hen willen omgaan. Doordat we die nood erkennen en vervullen, ontstaat er veiligheid en volgt er een optimaal leer- en leefklimaat.

    Deze schooleigen werking, waarbij al ons handelen doordrongen is van positief opvoeden, geeft een enorm sterke anti-pestdynamiek. Ieder teamlid blijft alert voor signalen van niet-respectvol leerlinggedrag. In dat geval verkiezen wij een passende, accurate benadering boven een standaardprocedure: kindgesprekken, interventies m.b.t. positief klasklimaat, Kikker-be-cool, kinderkwaliteitenspel, PBS-planning op school-en klasniveau,…

    Samen leRen

    De leerbegeleiding van onze leerlingen volgt de leerzorgfasen zoals voorzien n.a.v. het M-decreet. Voor specifieke leer- en ontwikkelingsgebieden werd het vastgelegd in een ‘protocol’ dat omschrijft welke zorgmaatregelen in onze school van kracht zijn.

    In teamoverleg bespreken wij welke maatregelen nodig zijn om zorgvuldig te differentiëren, remediëren, compenseren, dispenseren, doelen toe te voegen of individueel planmatig te werken. Indien nodig, organiseren we redelijke aanpassingen om obstakels bij het leren weg te nemen. Daartoe wegen we in team af welke redelijke aanpassingen haalbaar zijn.

    Als ons zorgaanbod echter onvoldoende antwoord biedt op de onderwijsbehoeften van de leerling, zal onze school - samen met het CLB - het kind en zijn/haar ouders begeleiden in de overstap naar een school op maat.

    Werken aan de school als gemeenschap en als organisatie

    Ons team werkt opvallend eensgezind en doelgericht aan onze opvoedings- en onderwijsopdracht. We gaan zorgzaam en professioneel met elkaar om in een sfeer van wederzijds vertrouwen in ieders mogelijkheden en groeikracht.

    We behartigen onze opvoedings- en onderwijstaken met een groot verantwoordelijkheidsbesef: ‘Wij kunnen het verschil maken in het leven van onze leerlingen!’

    Daartoe is ieder teamlid bereid tot: zelfreflectie, bekwame communicatie met alle kindbetrokkenen, samenwerking met buitenschoolse expertise en continue navorming.

  • Visie vanuit katholieke identiteit

    Als katholieke basisschool zijn wij ervan overtuigd dat God voor ieder kind een toekomst heeft, wat ook de mogelijkheden en beperkingen van het kind zijn. We willen onze leerlingen optillen naar een hoger ontwikkelingsniveau en hen vaardig maken om mee te bouwen aan een betere samenleving. Hiervoor werkt ieder teamlid aan de ontplooiing van elke leerling vanuit de pedagogie van de hoop en het geloof in de groeimogelijkheden van elke leerling.

    Opdrachten voor het katholiek basisonderwijs

    Leerkrachten die inspireren, appreciëren een leerling zoals die is en voegen (bewust én onbewust) een waarde toe. Op die manier willen wij ‘het verschil kunnen maken’ in het leven van mensen met wie wij samen een stuk op weg gaan.

    We onderwijzen, vormen en voeden kinderen op in de hoop en met vertrouwen dat ze zelfstandige, verantwoordelijke, respectvolle en gelukkige volwassenen worden. Als katholieke school laten we ons leiden door 5 ankers die een inspirerende impuls geven aan onze dagelijks opdracht:

    • een schooleigen christelijke identiteit
    • een geïntegreerd onderwijsinhoudelijk aanbod
    • een stimulerend opvoedingsklimaat en een doeltreffende didactiek
    • de ontplooiing van ieder kind, vanuit een brede zorg
    • de school als gemeenschap en als organisatie
    Werken aan de ontplooiing van ieder kind, vanuit een brede zorg
    Samen leVen

    In onze school is multi-cultureel en respectvol samenleven een levenswijze. In de lerarenkamer klinkt het: ‘Bij ons wordt ieder kind aanvaard zoals het is, bij ons mag je anders zijn.’

    Als katholieke basisschool zijn wij ervan overtuigd dat God voor ieder kind een toekomst heeft, wat ook de mogelijkheden en beperkingen van het kind zijn. We willen onze leerlingen optillen naar een hoger ontwikkelingsniveau en hen vaardig maken om mee te bouwen aan een betere samenleving. Hiervoor werkt ieder teamlid aan de ontplooiing van elke leerling vanuit de pedagogie van de hoop en het geloof in de groeimogelijkheden van elke leerling.

    Door de dagelijkse bekommernis waarmee wij onze leerlingen omringen, dragen wij uit dat wij onze leerlingen in de eerste plaats als mede-mensen zien en van daaruit hun ontwikkeling en hun leren met grote betrokkenheid begeleiden. Onze leerkrachten hanteren een positieve opvoedingsbenadering via de methode Positive Behavior Support. Het is onze ervaring dat kinderen daardoor met een gezond zelfvertrouwen kunnen groeien naar ontplooiing.

    Kinderen moeten het gevoel hebben dat ze gewaardeerd worden door anderen, dat anderen met hen willen omgaan. Doordat we die nood erkennen en vervullen, ontstaat er veiligheid en volgt er een optimaal leer- en leefklimaat.

    Deze schooleigen werking, waarbij al ons handelen doordrongen is van positief opvoeden, geeft een enorm sterke anti-pestdynamiek. Ieder teamlid blijft alert voor signalen van niet-respectvol leerlinggedrag. In dat geval verkiezen wij een passende, accurate benadering boven een standaardprocedure: kindgesprekken, interventies m.b.t. positief klasklimaat, Kikker-be-cool, kinderkwaliteitenspel, PBS-planning op school-en klasniveau,…

    Samen leRen

    De leerbegeleiding van onze leerlingen volgt de leerzorgfasen zoals voorzien n.a.v. het M-decreet. Voor specifieke leer- en ontwikkelingsgebieden werd het vastgelegd in een ‘protocol’ dat omschrijft welke zorgmaatregelen in onze school van kracht zijn.

    In teamoverleg bespreken wij welke maatregelen nodig zijn om zorgvuldig te differentiëren, remediëren, compenseren, dispenseren, doelen toe te voegen of individueel planmatig te werken. Indien nodig, organiseren we redelijke aanpassingen om obstakels bij het leren weg te nemen. Daartoe wegen we in team af welke redelijke aanpassingen of ondersteuning nodig/haalbaar zijn.

    Als ons zorgaanbod echter onvoldoende antwoord biedt op de onderwijsbehoeften van de leerling, zal onze school - samen met het CLB - het kind en zijn/haar ouders begeleiden in de overstap naar een school op maat.

  • Een pestprobleem is meestal een situatie waarin kinderen (pester en slachtoffer) sociaal-emotioneel wat moeilijker functioneren.
    In onze school zet iedereen maximaal in op preventie van pestproblemen.
    Onze aanpak kadert binnen ons model van positief opvoeden: Positive Behavior Support.

    Ons PBS-model houdt in dat we onszelf in de eerste plaats zien als positieve begeleiders van ontwikkelingsprocessen. Onze positieve opvoeding start bij het gericht observeren van het sociale gedrag van onze leerlingen.
    Op basis van onze vaststellingen, scheppen we voor onze leerlingen de nodige pedagogische omstandigheden om hun sociaal vaardig gedrag tot optimale ontwikkeling te brengen. We beschikken over eenvoudige, doeltreffende middelen om sociaal vaardig gedrag bij kinderen te stimuleren, te belonen en te bekrachtigen.

    Ons PBS-model uit zich op school-, klas- en individueel niveau.
    Op schoolniveau is het onze pedagogische verantwoordelijkheid om groepsmomenten (rijen, boekentassen in-en uitladen, eetzaal, uitstappen) tot minimale chaos te herleiden. Door een strakke begeleiding en duidelijke regels, structureren we deze momenten tot leerkansen van orde en kindvriendelijke discipline.
    Op klasniveau oefenen de kinderen activiteiten m.b.t. ‘fijn omgaan met elkaar’. Ruime handelingservaring van ons team maakt dat wij alert zijn voor de begeleidingsnood van de eigen klasgroep inzake sociaal-emotionele aspecten. Daarop stemmen wij onze PBS-lessen af. In deze lessen leren onze leerlingen wat wél (en wat niet) sociaal vaardig is.
    Sociaal gewenst gedrag wordt aangeleerd binnen het kader

    • VEILIGHEID
    • VERANTWOORDELIJKHEID (Mijd problemen)
    • RESPECT (Iedereen is even veel waard)

    Positief opvoeden betekent dat we het aangeleerd gedrag stimuleren, belonen en bekrachtigen.

    Ons PBS-model op school- en klasniveau brengt een positieve leefsfeer teweeg die pestgedrag voorkomt. Dat maakt dat we slechts sporadisch actie moeten ondernemen op individueel niveau. Zo’n anti-pest aanpak is in iedere situatie verschillend omdat we bewust en actief rekening houden met:

    • De ernst, de hardnekkigheid en de frequentie van het probleem (eenmalig <-> herhalend);
    • De leeftijd van de betrokkenen;
    • De fase waarin de betrokken kinderen zich bevinden in hun morele en sociaal-emotionele ontwikkeling;
    • De achtergrond bij het ontstaan van de situatie;
    • De persoonlijkheidskenmerken van de betrokken kinderen (stabiliteit, assertiviteit, gevoeligheid, weerbaarheid, veerkracht,…)
    • De mate waarin de betrokken kinderen zich door hun ouders en hun vriendjes gesteund / bevestigd / gesterkt voelen;
    • ...

    Naargelang al deze factoren werken onze leerkrachten samen met onze zorgcoördinator een aanpak-op-maat uit. Zo’n actie houdt in dat we zowel een sociaal minder sterk kind brengen tot verhoogde weerbaarheid als een sociaal dominerend kind brengen tot meer constructief leiderschap.

    Daarnaast peilen we drie keer per schooljaar naar het welbevinden van al onze leerlingen. In deze individuele bevraging kunnen leerlingen aangeven in welke mate ze zich goed voelen in de klas, op school, bij vriendjes en wat de reden daarvoor is.

    In de bovenbouw nemen onze leerkrachten twee keer per schooljaar een klasscreening af die uitwijst hoe de verschillende relaties van leerlingen onderling liggen. Onze leerkrachten gebruiken beide instrumenten om mogelijke pestdynamieken in de kiem te smoren.

    Tenslotte hebben onze leerkrachten zich bekwaamd in de techniek van de individuele kindgesprekken: ook via die weg kunnen kinderen moeilijkheden op sociaal-emotioneel gebied melden en bespreken met de (vertrouwens-) leerkracht.

    Melden van een pestprobleem kan rechtstreeks aan de juf of meester, aan de zorgcoördinator of aan de directie.

  • Welk huiswerk geven wij
    Automatiseren

    Sommige basisleerstof vraagt dagelijks training: tot de antwoorden automatisch gekend zijn.
    Bv. Letters herkennen, optellingen en aftrekkingen tot 5, alle splitsingen tot 10, maal-en deeltafels, de tussenstappen voor bewerkingen tot 1000,…
    Een kind dat dit soort oefeningen VLOT uit het hoofd kent, is klaar voor nieuwe leerstof die daarop steunt.

    Iets afwerken

    Niet alle kinderen moeten alle oefeningen van het werkboek maken. Meestal heeft elk kind het oefenpakket reeds in de klas gemaakt.
    Als blijkt dat kinderen in de klas afleiding zoekt om niet te moeten oefenen, laten we het soms wel tijdens een speeltijd of als huistaak afwerken. We willen onze kinderen leren om verantwoordelijk om te gaan met opdrachten.

    Ander huiswerk kan zijn:
    • Vrijetijds lezen;
    • Een tekst die de volgende dag gelezen wordt, al eens op voorhand verkennen;
    • Informatie verzamelen bv. televisiedagboek bijhouden (voorbereiden van les over tijdsduur), aan een kennis vragen hoe lang en hoe zwaar zijn vrachtwagen is, …
    • Herhalingsoefeningen maken om een toets voor te bereiden;
    • Spelling: oefenen op correct schrijven
    In onze infobrochure vermelden we per leerjaar:
    • Welke huistaken we aanbieden;
    • Wanneer de kinderen de taken/planning noteren;
    • Wanneer we zeker geen huiswerk aanbieden.
    Differentiatie in huiswerk

    Elke leraar vraagt zich telkens bij het opgeven van huiswerk af of deze taak wel voor iedereen van de klas geschikt is. Te veel en te moeilijk huiswerk leidt tot spanningen en ondergraaft het zelfvertrouwen van de leerling. De kinderen moeten hun GOESTING om te leren behouden.

    Het is nooit de bedoeling dat huiswerk leidt tot ruzie, stress en traantjes thuis. Het is mogelijk dat de leerkracht heeft onderschat hoeveel inspanning het huiswerk vraagt. U kan dan best een afspraak maken voor een oudercontact, om samen een oplossing te bespreken.

    Waardering van de leerkracht

    Het huiswerk krijgt het een plaats in het onderwijsleerproces. De leraar komt er de volgende dag op terug, geeft feedback, peilt naar de ervaringen van de leerlingen, gebruikt de meegebrachte info, …

    In de bovenbouw leren de kinderen hun toetsresultaat vergelijken met thuis gemaakte voorbereiding. Zo ervaren de kinderen zelf dat het zinvol is om huiswerk te maken. Bovendien leren ze de gevolgen van uitstelgedrag kennen: wie het huiswerk tijdig afgeeft, kan nog extra uitleg of herhaling krijgen vóór een toets.

    Ondersteuning van ouders
    Specifiek voor het eerste en tweede leerjaar

    In de onderbouw vragen we dat ouders hun kind helpen bij het automatiseren. Samen oefenen voor lezen leert uw kind dat u trots bent op wat het al kan.
    Samen de splitsingen oefenen is een spannend spel als u het antwoord om het eerst zegt! Hetzelfde spel kan u spelen met de tafelkaartjes. Houd de moeilijke maal-en deeltafels in een doosje apart, om die nog eens apart te oefenen. Belangrijk is dat u uw kind daarbij laat winnen, zodat het gemotiveerd is om dit spel elke dag te herhalen.

    Voor alle klassen

    Alle ouders krijgen op de infoavond in september informatie over hoe ze het huiswerk van hun kind kunnen begeleiden.
    We vragen aan alle ouders om

    • Eerst te controleren of het huiswerk werd gemaakt;
    • Daarna pas hun handtekening in de schoolagenda te schrijven.
    Voor kinderen met buitenschoolse hulp

    Sommige kinderen krijgen buitenschoolse hulp bij het huiswerk bv. bij student, in VZW Compass (Stationsstraat), bij logopedist of soms in een revalidatiecentrum.
    Via agenda, mail of heen-en-weerschriftje houdt de leerkracht contact over de wenselijke hulp, de manier hoe sommige items aangebracht werden in de klas, enz.
    We vragen aan de ouders om te zorgen dat hun kind dit contactschriftje steeds bij heeft.

    Voor àlle kinderen

    Begin schooljaar krijgen alle kinderen onderstaande bladwijzer mee in hun agenda. Als een kind moeite heeft om zelfstandig te werken, kunnen ouders deze stapjes samen met hun kind volgen:

    Proeven

    Regelmatig worden toetsen afgenomen wanneer een leerstof geheel is afgewerkt.
    De datum en de leerstof van deze toetsen worden vooraf via het agenda meegedeeld om de leerlingen de kans te geven de leerstof in te oefenen. Onaangekondigde toetsen kunnen om didactische reden.
    Op maandag worden er alleen uitzonderlijk toetsen gegeven.

    Rapporten

    De leerlingen krijgen in oktober, december, februari, april en juni een rapport.
    De ouders worden verzocht het rapport samen met de proeven in te zien en te handtekenen.

    Klasagenda

    Hierin worden lessen, huistaken en mededelingen genoteerd. Het wordt dagelijks gehandtekend in het 1ste, 2de en 3de leerjaar en wekelijks in het 4de, 5de en 6de leerjaar.

    Schema
    Welk huiswerk? 1ste leerjaar 2de leerjaar 3de leerjaar 4de leerjaar 5de leerjaar 6de leerjaar
    Ouders handtekenen de agenda enkel na het controleren of hun kind de taken gemaakt heeft. Ouders handtekenen de agenda enkel na het controleren of hun kind de taken gemaakt heeft. Ouders handtekenen de planning van de komende week en zetten hun kind aan om in orde te zijn.
    Automatiseren:
    - Van buiten leren
    - De oefeningen die het kind moeilijk vindt, extra trainen
    - Splitsingen
    - Rekenen tot 5
    - Letters
    - Splitsingen
    - Maaltafels
    - Maaltafels
    - Deeltafels
    - Cijfertechniek
    - Tussenstappen voor + en – tot 1000
    - 100-tjes
    - 1 000-tjes
    - Tabellen voor metend rekenen en getallenkennis
    - Leeskaart
    - Leeskaart
    - Trainingsmap
    Lezen - Veilig en vlot
    - Leesboek
    - Gedifferentieerd leeshuiswerk - Verhoogde zorgmaatregel LEESTRAINING
    - Verhoogde zorgmaatregel TAALBEGRIP: de VOLGENDE tekst van begrijpend lezen op voorhand verkennen
    - Verhoogde zorgmaatregel LEESTRAINING
    - Verhoogde zorgmaatregel TAALBEGRIP: de VOLGENDE tekst van begrijpend lezen op voorhand verkennen
    - Als voortaak voor W.O. of Nederlands
    Spelling - Woordpakket oefenen (3e trimester) - Woordpakket oefenen
    - Taak in oefenbundel
    - Woordpakket oefenen
    Taalbeschouwing - Taak in oefenbundel
    Wiskunde Wiskunde + en – tot 100
    Getallenkennis
    MR en MK (herh.oef.)
    - Taak in oefenbundel - Herhalingsoefeningen
    - Voorbereiding toets
    Bingel Facultatief - Voorbereiding toets
    - Facultatief: vakantietaak
    - Voorbereiding toets
    - Facultatief: vakantietaak
    Indien vermeld in agenda: verplichte taak.
    Zonder vermelding kan het steeds facultatief
    Les instuderen en bijhorende oefeningen maken Korte lesjes W.O. en godsdienst W.O., godsdienst, taalschat Nederlands Frans, W.O., taal,… in de bovenbouw is het instuderen van een les tevens attitudevorming naar secundair onderwijs toe
    Voorbereiding voor een volgende les Iets meebrengen, iets opzoeken, informatie door ouders laten invullen,… Idem + Spreekbeurt voorbereiden Idem + Studeerschrift: leerkracht volgt de studeermethode op + geeft feedback
    Agenda wordt ingevuld in de klas Op de dag van het huiswerk - Op vrijdag (voor de hele week)
    - In sommige gevallen (bv. uitstap) wordt ruim op voorhand ingevuld
    - Op maandag reeds meerder taken/lessen voor de komende week
    - In sommige gevallen (bv. maandagtoets) wordt ruim op voorhand ingevuld
    De kinderen krijgen vóór het weekend het grootste deel van de planning van volgende week
    Wanneer (geen) huiswerk - NIET op woensdag en vrijdag
    - NIET op sportdag of naschoolse sportnamiddag, voorbereidingsdagen Eerste Communie, schoolreisdag,…
    - Huiswerk in deze klassen kàn wel op woensdag.
    - NIET op sportdag of naschoolse sportnamiddag, schoolreisdag, voorbereidingsdagen Vormsel …tenzij het huiswerk ruim op voorhand werd gegeven.
    - Overhoringen over kleinere leerstofonderdelen kunnen onaangekondigd plaatsvinden.
    Toetsen voorbereiden - Leestoets oefenen
    - Eindtoets: beperkt oefenbundeltje
    - Eindtoets: beperkt oefenbundeltje Toetsen kunnen ook op maandag gepland staan. Dit staat dan wel ruim op tijd in de agenda vermeld. Zo kan uw kind kiezen of hij/zij die toets ofwel vóór ofwel tijdens het weekend voorbereidt
    In het begin van de maand juni krijgen de kdn. de planning van de eindtoetsen.
    Hoe kunnen ouders huiswerk begeleiden? Dit is afhankelijk van het leerjaar.
    Op de infoavond in de klas (begin september) vertelt de leerkracht wat u best wel/niet kan doen.
    Wat als het huiswerk niet gemaakt werd? Dit is afhankelijk van de situatie. Alle kinderen kunnen eens iets vergeten, en krijgen dan ook een eerlijke tweede kans.
    Maar wat als uw kind keer op keer niet in orde is? Indien het een attitudeprobleem wordt, nemen we passende maatregelen.
  • Voor de WO in onze school staat de verrekijker symbool voor:
    kinderen laten ontdekken en verwonderen. Als je kinderen iets wil laten ontdekken en verwondering wil uitlokken dan is het logisch dat de kinderen heel veel mogen doen, beleven, ervaren, experimenteren, …

    Het anker duikt bij ons op in alles wat we doen. Overal zit ons taalbeleid in verankerd. Ook in onze WO voorzien we aanpassingen die de taalverwerving vergemakkelijken en ondersteunen:

    Reik het kind taal aan
    zodat het zijn innerlijke rijkdom
    kan uitdrukken

    Voor de WO in onze school staat het kompas symbool voor:
    richting geven aan de dingen die ze ontdekken door veel te verklaren en de dingen die ze al snappen te verbreden.

    Voor de WO in onze school staat de schatkaart symbool voor:
    het werken met handleidingen. We gebruiken deze als leidraad zodat we niet verloren lopen tussen de vele doelstellingen. Werken met HL kan een goede doorstroming doorheen de leerlijnen garanderen. Voor onze kinderen is ook de herkenbaarheid heel belangrijk.

    Het ankertje op de kaart wijst erop dat we de handleiding verrijken met ondersteunende maatregelen uit ons taalbeleid.

    Voor de WO in onze school staan de touwen symbool voor hoe we de leerinhoud vastzetten. We willen dat de kinderen leren voor het leven, en hoe zetten we dat vast? Met gevarieerde werkvormen die interactief, coöperatief en stimulerend zijn.

    Voor de wo in onze school staat de rugzak symbool voor alles wat we de kinderen meegeven aan kennis, vaardigheden en attitudes. We moeten geregeld EVALUEREN wat er in hun rugzak steekt.

    In onze visie staat dat de kdn LEREN VOOR HET LEVEN. Er staat niet dat ze moeten leren voor goede punten op een toets.





  • Hoe realiseren wij onze talenvisie in de dagelijkse klaspraktijk?